FEBEG verwelkomt de vorming van een nieuwe federale regering. We feliciteren de nieuwe premier Alexander De Croo en de nieuwe minister van Energie Tinne Van der Straeten. Er zijn veel uitdagingen voor de nieuwe federale regering. Het post-Covid-19-herstel is een prioriteit en dit zal onder meer tot uiting moeten komen in de energietransitie en de strijd tegen de klimaatverandering, die ook op Europees niveau worden aangestuurd.
De eerste echo's van de maatregelen die de nieuwe federale regering heeft voorgesteld, hebben al veel inkt doen vloeien; FEBEG reageert op enkele van de voorstellen die op tafel liggen over energie:
- De doelstelling om de Belgische broeikasgasemissies te verminderen met 55% tegen 2030 biedt heel wat mogelijkheden voor de energiebedrijven zowel voor de ontwikkeling van hernieuwbare energie als voor de ontwikkeling van diensten op vlak van energie-efficiëntie.
- De ontwikkeling van een ambitieus interfederaal investeringsplan, in lijn met de EU Green Deal, is een belangrijke boodschap voor de investeerders.
- Energiemix: het uitstel tot november 2021 van de beslissing over een gedeeltelijke of volledige uitstap uit de nucleaire branche maakt de taak van onze leden en investeerders (zowel in de nucleaire sector als in de gas- en hernieuwbare energiesector) er niet eenvoudiger op. Het risico bestaat dat er een agendaconflict ontstaat tussen dit besluit en de start van de aanbestedingsprocedure voor de capaciteitsmarkt (CRM). Dit gebrek aan duidelijkheid kan nadelig zijn voor de bevoorradingszekerheid van ons land op lange termijn.
- Offshore windenergie: FEBEG verwelkomt de continuïteit van de Belgische ambitie op dit gebied met 2,2GW aan te installeren nieuwe capaciteit. Bovendien wordt onderzocht of er meer capaciteit kan worden ontwikkeld, bv. door de 'repowering' van bestaande installaties. Deze groeidoelstelling voor windenergie kan alleen worden bereikt als deze capaciteiten tijdig op het net kunnen worden aangesloten. Het lokale verzet tegen de aanleg van de transmissie-infrastructuur is in dit opzicht niet hoopgevend. Deze obstakels zullen moeten worden opgeheven.
- Hernieuwbaar en koolstofarm gas: de mogelijke creatie van een backbone voor het transport van waterstof en CO2 beantwoordt aan de FEBEG-visie op de rol van gas in de energietransitie. Op dit gebied is internationale samenwerking (op EU- en Benelux-niveau) vereist. Meerdere FEBEG-leden willen investeren in dit domein.
- Vergroening van bedrijfswagens: deze maatregel biedt interessante perspectieven voor onze sector, zowel op het gebied van de elektrificatie als op de rol van gas (hernieuwbaar/koolstofarm) in de mobiliteit. FEBEG herhaalt haar verzoek van technologische neutraliteit in dit verband. Bio CNG/LNG en waterstof kunnen inderdaad een nuttige rol spelen in bepaalde segmenten van de mobiliteit.
- Beheersing van de kosten van de elektriciteitsfactuur: FEBEG is tevreden met het voornemen van de regering om het federale aandeel van de belastingen en heffingen op de elektriciteitsfactuur te verminderen. FEBEG stelt echter vast dat de manoeuvreerruimte hier beperkt is omdat de gewestelijke belastingen en heffingen op de elektriciteitsfactuur veel hoger liggen dan die van de federale overheid. Een gezamenlijke inspanning en initiatieven op interfederaal niveau lijken onontbeerlijk om hierin een overtuigend resultaat te bereiken. Dit is een complexe denkoefening omdat er ook een analyse nodig is van de financiering van de CRM en van de uitbreiding van de offshore windenergie.
- Een groenere en op klimaatverandering gerichte fiscaliteit: het is nog te vroeg voor een uitspraak. Dit punt wordt nog onderzocht. FEBEG is zeker geen tegenstander van een CO2-belasting. Wat de beoogde maatregelen ook mogen zijn, er moet bijzondere aandacht zijn voor de gevolgen ervan voor het concurrentievermogen van de ondernemingen, en ook voor de matiging van de sociale gevolgen voor de meest kwetsbare groepen.
Dit is geen exhaustieve lijst van de aandachtspunten van FEBEG. De dossiers zijn talrijk en complex. FEBEG en haar leden staan ter beschikking van de regering en de nieuwe minister van Energie voor overleg over deze belangrijke dossiers voor de sector en zijn eindklanten. De ervaring van de afgelopen maanden en het parlementaire werk dat onder andere door de komende energieminister in de Energiecommissie is verricht, hebben het terrein geëffend om op bepaalde dossiers een wederzijdse dialoog tot stand te brengen. Met deze ingesteldheid hopen we om samen met onze sector en de overheid vooruitgang te boeken op het gebied van de energietransitie in ons land.