Artikel
19 maart 2018

In het laatste kwartaal van 2017 publiceerde de CREG haar studie ‘(F)1628’ over de operationele winstgevendheid van de bestaande STEG-centrales in België (gasgestookte centrales van het type ‘gas- en stoomturbine’). De studie concludeert dat “ondanks de daling van de operationele winstgevendheid sinds 2013, bestaande Belgische STEG-centrales nog altijd voldoende competitief kunnen zijn om een operationele winst te genereren in de reguliere energiemarkt (EOM - ‘Energy Only Market’).” Deze optimistische conclusie is niet onbeduidend in een tijd waarin wordt gedebatteerd over het energiepact, de bevoorradingszekerheid en de rol die lokale multitechnologieproductie zou kunnen spelen.

FEBEG reageert op deze studie met een standpuntnota. Zij licht de theoretische aanpak van de CREG toe en brengt sterke nuanceringen aan in de conclusies van de studie. Volgens FEBEG wordt in de studie onvoldoende rekening gehouden met de reële marktomstandigheden. Ze richt zich enkel op de winstgevendheid op korte termijn van de STEG-centrales, en dan nog uitsluitend op basis van hun exploitatiekosten (OPEX). Daarbij wordt de noodzaak om de kapitaalinvesteringen (CAPEX) terug te verdienen, volledig genegeerd. De Belgische STEG-centrales opereren bovendien in een zeer risicovolle omgeving, die gekenmerkt wordt door een verminderde financiële en regulatoire zichtbaarheid. Zij hebben te lijden onder concurrentienadelen (die verband houden met de regelgeving) ten opzichte van de STEG-centrales in de buurlanden.

FEBEG is van mening dat er in deze omstandigheden geen solide basis is voor het in stand houden van de STEG-centrales op de Belgische markt en dat er ook geen duidelijk investeringssignaal is voor de bouw van nieuwe STEG-eenheden.

FEBEG is overtuigd van de cruciale rol die STEG-centrales kunnen spelen in de aan de gang zijnde energietransitie. Maar in zo een moeilijke context en bij gebrek aan prijssignalen op lange termijn lijkt de toekomst van de Belgische STEG-centrales niet zo positief. FEBEG roept de regering op om de tijd die ons door de strategische reserve is gegund, aan te wenden om de invoering van een capaciteitsmarkt voor te bereiden (ontwikkeld volgens de normen van de Europese Commissie, d.w.z. open voor alle technologieën die bijdragen tot de toereikendheid van het elektriciteitssysteem).

Lees meer over dit thema: