Artikel
14 januari 2019

Op 11 januari 2019 heeft de regering in lopende zaken de kaderwet voor het invoeren van een capaciteitsvergoedingsmechanisme goedgekeurd. De tekst kan nu naar de Raad van State en nadien, nog vóór de verkiezingen, naar het federaal parlement voor definitieve goedkeuring. FEBEG is verheugd dat deze belangrijke horde is genomen.

Het capaciteitsvergoedingsmechanisme moet er voor zorgen dat voldoende stuurbare capaciteit beschikbaar is tegen 2025. Die capaciteit is noodzakelijk om de bevoorradingszekerheid van het land te garanderen. Om tijdig over voldoende bestaande en nieuwe capaciteit te beschikken, moeten de eerste capaciteitsveilingen uiterlijk eind 2021 plaatsvinden: investeerders hebben dan 4 jaar tijd om de nodige nieuwe centrales te bouwen en volledig operationeel te maken.

Er ligt echter nog heel wat werk op de plank. De kaderwet bevat immers enkel de basisprincipes. De Federale Overheidsdienst, de CREG en Elia moeten de economische parameters en de spelregels nog verder uitwerken in Koninklijke Besluiten, werkingsregels en contracten. De uitwerking zou moeten rond zijn tegen het eind van het jaar zodat het capaciteitsvergoedingsmechanisme begin 2020 kan aangemeld worden aan de Europese Commissie voor goedkeuring onder de staatssteunregels. Het is dus nog een hele uitdaging om een technologie neutraal capaciteitsmechanisme tijdig operationeel te hebben om eind 2021 een eerste veiling te kunnen organiseren.

FEBEG roept de parlementsleden alvast op om de kaderwet over het capaciteitsmechanisme goed te keuren voor de verkiezingen van mei 2019. Verder tijdsverlies zou de krappe planning verder in het gedrang brengen. De goedkeuring van deze kaderwet is bovendien een neutrale beslissing zonder voorafname op het toekomstige regeringsbeleid. Integendeel, zij zal toelaten om verdere voorbereidingen te treffen zodat de volgende regering werk kan maken van de energietransitie zonder de bevoorradingszekerheid in gevaar te brengen.